Volgens CJIB-directeur Albert Hazelhoff zijn verkeersboetes, en vooral de verhogingen die volgen bij niet-betaling, niet meer in verhouding tot de overtreding. In een interview met de Leeuwarder Courant merkt hij op dat de huidige bedragen steeds verder afwijken van wat in het strafrecht gebruikelijk is. Ook het Openbaar Ministerie heeft eerder gewezen op dit verschil.
Boetes stijgen opnieuw: dit betaal je in 2026 voor een verkeersovertreding
Hazelhoff benadrukt dat de hoogte van de boetes een politieke keuze is, maar hij vindt dat de extra kosten te snel oplopen. Na de eerste aanmaning stijgt de boete met 50 procent, en na de tweede wordt het bedrag verdubbeld. Daardoor kan de uiteindelijke som uitkomen op drie keer het oorspronkelijke bedrag. Voor mensen met schulden zorgt dit volgens hem vaak voor chaos, extra financiële druk en soms zelfs tussenkomst van deurwaarders.
Hij stelt voor om de verhogingen te verlagen of slechts één aanmaning te gebruiken in plaats van twee. In het strafrecht liggen de verhogingen meestal rond de 20 procent, merkt hij op. Hoewel hij kritiek heeft op de hoogte van de bedragen, vindt Hazelhoff dat het systeem zelf moet blijven zoals het is: verkeersboetes moeten buiten het strafrecht blijven om te voorkomen dat de strafrechtketen overbelast wordt.
Het bericht CJIB-baas: verhogingen van verkeersboetes lopen volledig uit de hand verscheen eerst op Motor.NL.